Lied
Heugelijke tijding,
Bron van hartverblijding,
Evangeliewoord,
Woord van God gegeven,
Woord van eeuwig leven!
Zalig, die u hoort;
Zalig hij,
Wiens harte gij,
Met een onverwrikt vertrouwen,
Leert op God te bouwen!
Door zijn vredeboden
Doet God zondaars noden
Tot het hoogste goed:
God heeft ons vergeven,
God schenkt ons het leven,
Door des Heilands bloed.
Ja, de Heer
Wil nog veel meer,
Boven bidden, boven denken,
Alles aan ons schenken!
Hoe ook afgezworven,
Hoe geheel bedorven,
Hoe gehecht aan ’t kwaad;
Wilt gij zalig wezen,
Niets hebt gij te vrezen,
Hier is hulp en raad;
God vergeeft,
De Mid’laar leeft,
Zelfs heeft Hij ’t rantsoen gevonden
Voor de grootste zonden!
Zalig, die ’t geloven!
Troost, hun nooit t’ ontroven,
Wekt hen steeds tot vreugd;
Kracht tot goede werken
Voelen z’ in zich sterken,
Kracht tot liefd’ en deugd:
Door Gods kracht,
In hun volbracht,
Komen zij gedurig nader
’t Beeld van hunnen Vader.
Woord, waarop wij bouwen,
Daar wij op vertrouwen,
Evangeliewoord!
Bergen mogen wijken,
Gij zult nimmer wijken,
Want gij zijt Gods woord!
Dat ons, Heer!
Den troost dier leer
Gene twijf’ling ooit ontrove!
Sterk ons in ’t gelove!