D. De vierde blokkade: de angst voor God
1. Wat zou jij zien zonder de angst voor de dood? Wat zou jij voelen en denken als de dood geen aantrekkingskracht uitoefende op jou? Heel eenvoudig: jij zou je jouw Vader herinneren. De Schepper van het leven, de Bron van al wat leeft, de Vader van het universum en van het universum der universums en van al wat daar zelfs nog achter ligt, Die zou jij je herinneren. En wanneer deze herinnering in jouw denkgeest daagt, moet vrede nog een laatste blokkade overwinnen, waarna de verlossing is voltooid en de Zoon van God zijn innerlijke gezondheid volledig heeft hervonden. Want dit betekent daadwerkelijk het einde van jouw wereld.
2. De vierde blokkade die overwonnen dient te worden, hangt als een zware sluier voor het gelaat van Christus. Maar wanneer Zijn gelaat erachter oprijst, stralend van vreugde omdat Hij Zich in Zijn Vaders Liefde bevindt, zal vrede de sluier luchtig terzijde schuiven en Hem tegemoet snellen om zich eindelijk te verbinden met Hem. Want deze donkere sluier, die het gelaat van Christus Zelf tot dat van een melaatse lijkt te maken en de heldere Stralen van Zijn Vaders Liefde, die Zijn gelaat van heerlijkheid doen schitteren, de schijn geeft van stromen bloed, lost op in het verblindende licht erachter, wanneer de angst voor de dood verdwenen is.
3. Dit is de donkerste sluier, die door het geloof in de dood wordt hooggehouden, en door zijn aantrekkingskracht wordt beschermd. De toewijding aan de dood en aan zijn oppermacht is slechts een plechtige gelofte: de belofte aan het ego, in het geheim gedaan, deze sluier nooit op te lichten, hem niet te na te komen, of zelfs maar te vermoeden dat hij er is. Dit is het geheime akkoord dat met het ego is gesloten om wat zich achter de sluier bevindt voor altijd aan het zicht onttrokken en in vergetelheid te houden. Dit is jouw belofte om nooit toe te laten dat eenheid jou uit de afscheiding wegroept; het grote geheugenverlies waarin de Godsherinnering volkomen vergeten lijkt; de breuk tussen je Zelf en jou; – de angst voor God, de slot stap in je dissociatie.
4. Zie hoe het geloof in de dood jou lijkt te ‘verlossen’. Want als dat verdwenen was, wat zou jij anders kunnen vrezen dan het leven? De aantrekkingskracht van de dood geeft het leven juist een schijn van lelijkheid, wreedheid en tirannie. Je bent niet banger voor de dood dan voor het ego. Dat zijn jouw uitverkoren vrienden. Want in je geheime bondgenootschap met hen heb je ermee ingestemd nooit toe te laten dat de angst voor God wordt opgeheven, zodat je naar het gelaat van Christus zou kunnen kijken en je met Hem in Zijn Vader verbinden.
5. Elke blokkade waar vrede overheen moet vloeien, wordt op precies dezelfde manier overwonnen: de angst die haar deed ontstaan, bezwijkt voor de liefde erachter, en aldus is de angst verdwenen. En dat geldt ook hiervoor. De wens om je van de vrede te ontdoen en de Heilige Geest van je af te stoten, ebt weg in aanwezigheid van het vredige inzicht dat jij Hem liefhebt. De verheerlijking van het lichaam wordt opgegeven ten gunste van de geest die jij liefhebt zoals je het lichaam nooit kunt liefhebben. En het appèl van de dood gaat voorgoed teloor als de aantrekking van de liefde zich roert en jou roept. Vanachter elke blokkade voor de liefde heeft de Liefde zelf geroepen. En elk is overwonnen door de aantrekkingskracht van wat erachter ligt. Jouw verlangen naar angst leek ze op hun plaats te houden. Maar toen jij de Stem van de Liefde erachter hoorde, heb je geantwoord en verdwenen ze.
6. En nu sta je in ontzetting voor datgene wat je gezworen hebt nooit te zullen bekijken. Je ogen zijn neergeslagen bij de herinnering aan wat jij je ‘vrienden’ hebt beloofd. De ‘lieflijkheid’ van de zonde, de delicate verlokkelijkheid van schuld, het ‘heilige’ wassen beeld van de dood, en de angst voor de wraak van het ego dat jij in bloed gezworen hebt niet af te vallen, dit alles verheft zich en gelast jou je ogen niet op te slaan. Want je beseft dat, als je hiernaar kijkt en de sluier opgetild laat worden, zij voorgoed verdwenen zullen zijn. Al je ‘vrienden’, je ‘beschermers’ en heel je ‘thuis’ zullen verdwijnen. Niets van wat jij je nu herinnert, zul jij je dan herinneren.
7. Het komt je voor dat de wereld jou totaal in de steek zal laten als jij slechts je ogen opslaat. Maar al wat er zal gebeuren, is dat jij de wereld voorgoed verlaat. Dit is het herstel van jouw wil. Kijk ernaar met open ogen, en je zult nooit meer geloven dat je overgeleverd bent aan de genade van dingen buiten jouw bereik, van krachten die jij niet onder controle hebt, en gedachten die in je opkomen tegen jouw wil. Het is jouw wil hiernaar te kijken. Geen enkel dwaas verlangen, geen enkele banale impuls om weer te vergeten, geen enkele steek van angst, noch het koude zweet van de schijndood, kunnen standhouden tegen jouw wil. Want wat jou van voorbij de sluier aantrekt, zit eveneens diep binnenin jou, onafgescheiden ervan en volledig één.